
De cao voor uitzendkrachten legt de arbeidsvoorwaarden vast voor iedereen die via een uitzendbureau werkt. Dit geeft uitzendkrachten duidelijkheid over hun rechten, zoals loon, vakantiedagen en pensioen. Voor uitzendbureaus biedt de cao houvast bij correcte en eerlijke verloning. Deze afspraken zijn belangrijk om onduidelijkheid en ongelijkheid te voorkomen.

Werkgeversorganisaties ABU en NBBU hebben een akkoord gesloten met vakbond LBV. Het akkoord, de nieuwe cao, geldt voor de periode 2026 tot en met 2028. Het basisuitgangspunt van het akkoord is dat uitzendkrachten vanaf 1 januari 2026 gelijkwaardig worden beloond ten opzichte van vaste medewerkers bij opdrachtgevers.
De huidige uitzendkrachten cao bevat afspraken die werknemers beschermen én het werk van het uitzendbureau structureren. Belangrijke onderdelen zijn:
Zo weten uitzendkrachten waar zij aan toe zijn en kan het bureau eenvoudig voldoen aan wet- en regelgeving.

In Nederland bestaan twee cao’s voor uitzendkrachten: de ABU cao voor uitzendkrachten en de NBBU cao uitzendkrachten. De ABU vertegenwoordigt de grootste uitzendorganisaties. De NBBU is er vooral voor middelgrote en kleinere bureaus. Beide cao’s zijn grotendeels gelijkgetrokken, zodat overal dezelfde rechten gelden.
Beide cao’s zijn grotendeels gelijkgetrokken, zodat overal dezelfde rechten gelden. Toch bestaan er verschillen in detail, bijvoorbeeld bij overgangsregelingen.
.avif)
Voor uitzendbureaus is naleving van de cao verplicht. Dit brengt uitdagingen met zich mee:
Wanneer een uitzendbureau de cao-afspraken niet correct toepast, kunnen de gevolgen groot zijn. Een werknemer kan met terugwerkende kracht loon en vakantiedagen opeisen, wat kan leiden tot hoge nabetalingen. Ook lopen bureaus het risico op controles door de Inspectie SZW, met forse boetes bij overtredingen. Daarnaast kan het verlies van keurmerken, zoals het SNA-keurmerk, een directe impact hebben op de betrouwbaarheid en aantrekkelijkheid van het bureau richting klanten. Reputatieschade is misschien wel het grootste risico: in een concurrerende markt kan het niet naleven van de cao voor uitzendkrachten leiden tot verlies van vertrouwen bij zowel opdrachtgevers als flexwerkers.
Vanaf 1 januari 2026 geldt een nieuwe cao, afgesproken door ABU, NBBU en vakbond LBV. Het belangrijkste uitgangspunt daarin is dat uitzendkrachten gelijkwaardig worden beloond ten opzichte van vaste medewerkers bij de opdrachtgever.
De cao regelt onder meer hoe loon wordt ingeschaald, hoe contracten verlopen van flexibel naar vast, welke verlofdagen en opzegtermijnen gelden en hoe pensioenopbouw via het StiPP-pensioenfonds is geregeld.
Er zijn twee cao’s voor uitzendkrachten: de ABU-cao en de NBBU-cao. Beiden zijn qua arbeidsvoorwaarden grotendeels geharmoniseerd, zodat uitzendkrachten in de praktijk vaak vergelijkbare rechten hebben. Kleine verschillen in premie of fasering kunnen echter blijven bestaan, afhankelijk van welke cao je als uitzendbureau hanteert.
Wanneer een uitzendbureau de cao niet toepast, kan dit leiden tot nabetalingen aan uitzendkrachten, boetes van de Nederlandse Arbeidsinspectie, verlies van keurmerken zoals het SNA-keurmerk en aanzienlijke reputatieschade richting opdrachtgevers en flexwerkers.

Easyflex ondersteunt uitzendbureaus met software die volledig aansluit op de actuele cao-afspraken. Daarmee kun je contracten opstellen, lonen correct berekenen en verlofuren bijhouden: volledig in lijn met de ABU cao voor uitzendkrachten en de cao uitzendkrachten NBBU. Wij zorgen dat cao-wijzigingen automatisch worden verwerkt, zodat je altijd compliant blijft en tijd bespaart.

Wil je er zeker van zijn dat jouw uitzendbureau voldoet aan de cao voor uitzendkrachten? Vraag dan een gratis demo van Easyflex aan of plan direct een adviesgesprek. Zo ontdek je hoe onze software je helpt tijd te besparen en altijd up-to-date te blijven.